Interview met de klus- en terreinploeg – deel 2

Vandaag een dubbelinterview met Jorik Jonker (foto links) van de Vonkentrekkers en Tobias Admiraal (foto rechts) van de Mannen van Staal.

Tobias, zijn de klus- en terreinploeg gefuseerd? 
“Ja, min of meer. We vergaderen nu samen, want er is vaak overlap in de klussen. We maken gebruik van elkaars kennis en kunde en vullen elkaar goed aan. Soms heeft iemand van de terreinploeg veel ervaring met een klus in de schuur of omgekeerd: waterleiding, sanitair, stroom, goten, inrichting voor- en achtererf, de schuurdeur, paaltjes en hekken op het land, en nog veel meer.  Bovendien waren al veel leden lid van beide ploegen en het is ook leuk om een beetje te kunnen hoppen van klus naar klus. Maar formeel zijn we nog wél twee ploegen met ieder een eigen ploegtrekker. Beetje als een LAT-relatie.”

Jorik, jij representeert in de klusgroep de Vonkentrekkers. Dat klinkt als vuurwerk in de schuur. Wie zijn jullie en wat is jullie opdracht?  
“De Vonkentrekkers zijn Rik Hoeven, Mattanja Venema en ikzelf. Af en toe hebben we ook wat stand ins en leden van de dinsdagploeg helpen ons vaak om ons werk voor te bereiden, zoals alvast kabels uitleggen in de schuur en monteren, waarna wij ze kunnen aansluiten. De Vonkentrekkers zijn allemaal hobby-elektriciens. Zelf ben ik sinds mijn vijfde onder aanvuring van mijn vader en opa met electriek bezig. Mattanja en Rik hebben elektrotechniek gestudeerd. Onze opdracht is eigenlijk tweeledig: Zorgen dat we een eigen elektrische aansluiting krijgen (nu betrekken we de stroom nog via Piet), en zorgen dat deze ook brandveilig goedgekeurd wordt. Dat is ook een voorwaarde voor de verzekering. Waarom we een eigen stroomaansluiting nodig hebben? De boerderij heeft behoorlijk wat stroom/vermogen nodig, bv straks voor de waterpompen op het land, voor de graan-droogmachine, of voor de toekomstige koelcellen.”

Wat zien wij in en om de schuur dat van de hand van de Vonkentrekkers is? Waar ben je het meest trots op? En wat zijn de uitdagende projecten het komende jaar?
“Meest zichtbaar zijn misschien de energiezuinige ledlampen die door bewegingssensoren automatisch aan en uit gaan. Een echte uitdaging waren de nieuwe groepenkasten voor en achter. Dat was echt puzzelen: ze moeten betrouwbaar werken als we straks meer capaciteit nodig hebben, maar het moest ook kosten-efficiënt. Ook hebben we heel wat extra contactdozen opgehangen.

De uitdaging voor 2024? Het krijgen van die eigen stroomaansluiting. Dat is een behoorlijk complex project. Het wachten is momenteel op Enexis die nieuwe kabels moet trekken onder de Haaksbergerstraat door naar de boerderij. Een heel gedoe waarvoor een omgevingsvergunning nodig is, het verkeer moet worden omgeleid, er moet worden geboord. Het is een tijdskritisch project, want de boeren willen z.s.m. zekerheid dat ze water kunnen pompen. En daar is dus stroom voor nodig.”   

Is er risico dat jullie geklus aan de elektriek dadelijk tot vonken in de meterkast leidt, of kunnen jullie ons geruststellen?
“Dat risico is niet zo groot. Rik heeft er écht verstand van en Mattanja en ikzelf hebben behoorlijk wat ervaring. We hebben ons van tevoren goed verdiept in het eisenpakket van de verzekering. En de verzekeraar komt straks keuren of onze installatie voldoet aan de veiligheidstandaard NEN1010. Voor de échte vonken moet je bij Tobias zijn.” 

Tobias, jij bent van de Mannen van Staal. Wie gaan er schuil achter deze ontzagwekkende naam? En waar zit jullie expertise?
“We zijn op dit moment met drie Mannen van Staal: Leo Schapink, Paul Wormgoor en ikzelf. We zagen, lassen, slijpen en bouwen met staal. We maken agrarische werktuigen, doen er aanpassingen aan zodat ze beter voor ons werken, of doen herstelwerkzaamheden als er iets kapot is. ” 

Noem eens wat projecten van het afgelopen jaar waar je echt trots op bent?
“Als eerste maakten wij de zaaitafel om zaad in kweekbakjes te doen. Vervolgens de ‘oppot-tafel’, waar we de kweekbakjes met zaad aanvullen met potgrond. Ook maakten we aan de hand van een schets van Idse de gegalvaniseerde plantkarren op luchtbanden, die mee het land op gaan met kratten met plantgoed. We deden slimme aanpassingen aan de nieuwe schijveneg, zodat deze geschikt werd voor de smalle bedjes van onze strokenteelt. En wat dacht je van de nieuwe schuurdeur bij het voorerf; ook deze is van staal met hout betimmerd. Hij rolt over een ijzeren raam die wij ook zelf maakten. Het was een flink project waar we met een team van wel zes personen aan werkten: de muur gedeeltelijk slopen, een latei boven het gat, muren afwerken, storten van een betonrichel. We zorgden voor het afsluitbaar maken van de schuurdeur bij het achtererf (de stalen buis). We maakten aanpassingen aan de keverklapper zodat deze stabieler langs de aardappelplanten geduwd kon worden. Leo is heel druk geweest met het restaureren van die supermooie oude bel boven de schuurdeur op het voorerf: onze ‘pauze bel’.”

Ligt er voor de Mannen van Staal nog wel werk op de plank voor 2024?
“We zijn nooit klaar. We willen een handige kratten-spoel-installatie verzinnen, die bovendien zuinig is met water en elektriek. We denken na over een slimme adapterconstructie voor de trekker, waarmee we gemakkelijker werktuigen kunnen wisselen.  

Verschillende Herenboerenkinderen hebben gevraagd of ze ook eens mogen lassen; dat vinden ze kennelijk heel stoer. Eens overleggen met de ouders of we daar wat mee willen doen.  

Het staal dat we betrekken komt van een lokaal staalbedrijf, met dank aan Peter (Peter is ook Herenboer op de Usseler Es).”  

Verzint de klus- en terreinploeg zijn eigen klussen, of komen die vooral via de boeren, of via de andere WP’s/BC’s?  
“Een beetje van beiden. De boeren hielden het afgelopen jaar meestal de regie en bepaalden veelal de prioriteit. Maar we stellen samen de kluslijsten op. Iedere twee weken hebben we gezamenlijk overleg, akkeren we de lijsten door en stellen we samen de prioriteiten. We zijn best een goed georganiseerde ploeg. Er is een harde kern van zo’n 25 mensen.  De meesten zijn ook wel wekelijks met iets aan het werk op de boerderij.”   

Tobias: wat vind jij zo leuk aan de klus- en terreinploeg? En heb jij wensen waardoor het nóg leuker voor je wordt?
“Het leukste is dat ik de hobby die ik graag doe, ook hier kan doen. Ik houd van dingen maken met hout en staal. Dat samendoen met plezierige klusgenoten, maakt het extra leuk. Ik heb een voltijdse baan, dus kom vooral in de avonduren en op zaterdag. Het klussen kan qua tijd heel flexibel. In het appgroepje van de Mannen van Staal spreken we vaak even af wie wanneer komt.  

Wanneer het nóg leuker wordt? Als we zelf landbouwwerktuigen zouden kunnen maken of slimme aanpassingen bedenken die specifiek voor de kleinschalige Herenboerderijen nieuw en handig zijn. Leuk en een beetje een sport om de primeur te hebben. Wie weet hebben we die met de kratten-was-straat. Ook leuk om gebruik te maken van de kennis en ervaring bij andere Herenboerderijen. Nu komen de ideeën vaak weg bij Isabel en Idse maar het is nóg leuker om het zelf uit te zoeken.”

Hoe zit dat voor jou, Jorik?
“Beetje in lijn met Tobias. Dingen die ik thuis graag doe, doe ik ook op de boerderij maar dan op veel grotere schaal: heel lange kabels waar heel véél stroom door moet. En het moet professioneel gebeuren, want het gaat ook gekeurd worden. Ik vind het ook leuk om iets te doen wat echt toegevoegde waarde heeft voor de boerderij, om in een niche springen en een specialistische bijdrage te leveren.  

Wat het nog leuker maakt? Als er wat meer hobby-elektriciens bij het team komen. Dat maakt ons flexibeler en minder kwetsbaar. Op termijn misschien een zonne-installatie aanleggen en nog wat meer opschonen: de oude troep weg en het ‘houtje touwtje’ gehalte verder omlaag.”

De Vonkentrekkers en Mannen van staal kunnen dus nog wel wat expertise en uitvoeringskracht gebruiken. Je moet het ijzer smeden als het heet is; hopelijk bereikt dit interview veel leden. Wat zouden jullie kandidaat-leden willen zeggen?
Jorik
: “Zéker, ik ontmoet graag meer hobby-elektriciens. Of je nu incidenteel wat wilt doen of meer structureel, met beide zijn we blij. Er is nog een hele waslijst van wat er moet gebeuren.”

Tobias: “Ook de Mannen van Staal kunnen meer leden gebruiken. Sommigen van ons klussen overdag, anderen in de weekenden of avonduren. Nu doen we nog veel dingen voor het eerst, straks wordt dat ook meer onderhoud. Ook handig als we een beroep kunnen doen op meer leden met kennis van elektrische werktuigen of met kennis van agrarische materialen en gereedschappen. Meld je bij Tobias of Vincent.”

Deel dit bericht: